De archeologienota: het landschappelijk booronderzoek

Een veel voorkomend onderzoek is het landschappelijk booronderzoek. Bij een landschappelijk booronderzoek worden enkele handmatige boringen geplaatst om de bodembewaring en bodemopbouw in het plangebied vast te stellen. De resultaten van dit booronderzoek worden verwerkt in de archeologienota en vertellen op deze manier meer over de archeologische verwachting.

De bodem vertelt

De bodemopbouw kan ons veel vertellen over de bodembewaring en processen die de bodemopbouw beïnvloed hebben. Vaak zal je archeologen horen praten over podzolbodems, plaggenbodems, E-horizonten, B-horizonten,... Deze bodems en horizonten zijn allemaal ontstaan door natuurlijke of menselijke activiteiten.

Een archeoloog kan hieruit afleiden of er binnen het plangebied een oude, oorspronkelijke, bodem bewaard is. Verder kunnen we afleiden of er intensieve landbouwactiviteiten zijn uitgevoerd, of er sprake is van natte bodems, droge bodems, beekvalleien, vennetjes of hoger gelegen heuvelruggen.

Ook kunnen landschappelijke boringen meer vertellen over eventuele verstorende activiteiten. Is het plangebied bijvoorbeeld onderhevig geweest aan ontginning, maar is dit nergens geregistreerd? Het landschappelijke booronderzoek brengt dit zeker aan het licht.

Wil je meer weten over plaggenbodems, podzolbodems, E-horizonten, B-horizonten,…?

Hou dan zeker deze blog in het oog!